De essentie:
Oprechte interesse hebben in elkaar
De essentie:
Oprechte interesse hebben in elkaar
Floris de Jong werkt voor het CAOP, dat wetenschap verbindt met beleid en praktijk en zich onder meer inzet voor het creëren van beweging in complexe arbeidsmarkt-vraagstukken. In opdracht van de Stichting Arbeidsmarkt Ziekenhuizen (StAZ), is hij onder meer projectleider van het programma ‘het goede gesprek over duurzame inzetbaarheid’.
Dit programma ondersteunt HR, leidinggevenden en medewerkers bij het voeren van het goede gesprek over onderwerpen zoals werkplezier, gezondheid en ontwikkeling. Qidos ondersteunt in het programma ziekenhuizen om dit onderwerp te agenderen, aanpakken te testen en leerervaringen uit te wisselen.
Waarom is het goede gesprek voeren een belangrijk thema voor de StAZ?
“Aan het programma ging een analyse vooraf waaruit naar voren kwam dat er knelpunten waren op het vlak van duurzame inzetbaarheid. Medewerkers gaven aan te weinig tijd, ruimte en mogelijkheden te ervaren om aan de slag te kunnen met, of invulling te geven aan, hun werkplezier, gezondheid en ontwikkeling. Het goede gesprek hierover voeren, op alle niveaus in de organisatie, maar vooral tussen de medewerker en leidinggevende, is een belangrijke, cruciale schakel.”
Wanneer is er sprake van ‘het goede gesprek’?
“In het goede gesprek worden er met elkaar momenten van bezinning ingebouwd waarin gelijkwaardigheid en eigen regie cruciaal zijn. Er wordt niet alleen stilgestaan bij jou als medewerker, maar ook bij jou als mens, bij jouw wensen en jouw ontwikkeling. Er is oprechte aandacht en er wordt geluisterd om te begrijpen. Je voelt je vrij om dingen te delen, om je kwetsbaar op te stellen, wellicht om dingen te delen die je zonder dat goede gesprek niet zo snel zou delen.”
En wat is daarvan de toegevoegde waarde?
“Dat je je gehoord en gezien voelt. Dat er een gezonde relatie ontstaat, waarin je niet alleen medewerker en leidinggevende bent, maar mensen onder elkaar. Daardoor kunnen er ook eerder knelpunten boven water komen. Door deze bespreekbaar te maken kun je uitval en verloop voorkomen. Het goede gesprek is daarom waardevol in het kader van preventie.”
Wat maakt jou zo enthousiast over het programma ‘Hoe is ‘t?’?
“Wat ik zo gaaf vind aan dit thema, is dat het zo divers is. Het goede gesprek voeren gaat met name om de manier waarop je het gesprek voert en hoe je dat faciliteert. Maar vervolgens kan het qua inhoud over allerlei onderwerpen gaan. Of het nu om mantelzorgvragen, intervisie of sociale veiligheid gaat, het altijd begint en eindigt met het goede gesprek. Ik weet uit ervaring dat met elkaar in gesprek blijven soms best ingewikkeld is. In een wereld waarin zoveel werkdruk is en waarin vaak geen ruimte wordt ervaren om dat gesprek te voeren, dáár is het juist belangrijk om dat mogelijk te maken. Ik vind het mooi dat wij in samenwerking met Qidos daar een bijdrage aan leveren. Dat we het goede gesprek binnen de teams in ziekenhuizen op de kaart zetten en zorgen dat er een gezonde overlegstructuur ontstaat.”
Er zijn diverse pilots gedraaid bij ziekenhuizen op basis waarvan het platform ‘Hoe is ‘t?’ met goede voorbeeldverhalen, tips en tools tot stand is gekomen.
Waarin schuilt de kracht van dit project, van de aanpak?
“Ik ben echt gecharmeerd van dit project en de aanpak van Qidos. Omdat we niet binnen komen walsen in een ziekenhuis met een standaard aanpak of format, maar dat we proberen aan te sluiten bij wat er speelt. Dat doen we door tijd te maken om echt te luisteren, – practice what you preach-, en samen te zoeken en ontdekken wat er nodig is. En daarop in te spelen met een waardevolle aanvulling op wat er al is.
En de tools die we ziekenhuizen aanreiken, zijn tools waar ze echt iets aan hebben. Maar tools alleen zijn niet de oplossing. Mensen moeten ze willen gebruiken en handig vinden. Ik zie dat sommige ziekenhuizen voortvarend met de tools aan de slag zijn en ze ook als behulpzaam ervaren. Het is een enorme winst dat deze instrumenten die nu zijn samengebracht op het online platform, zijn getest en nu gedeeld kunnen worden in de branche. Ik denk dat dat op deze manier nog niet eerder is gebeurd. Inclusief ervaringsverhalen en tips van gebruikers die mee hebben gewerkt om de tools tot stand te laten komen. En de pilots hebben een kapstok opgeleverd om het goede gesprek aan op te hangen.”
Wat bedoel je daarmee?
“Het goede gesprek is een abstract begrip: wat bedoel je daarmee, met wie en hoe dan? De kapstok met de 4 V’s – Vertrekpunten, Voorbereiden, Vaardigheden, Vertellen – helpt met inventariseren: wat zijn onze vertrekpunten, hoe bereiden we het gesprek voor, welke vaardigheden hebben we nodig om aan de slag gaan en hoe blijven we vertellen over het (belang van) het goede gesprek? Dat zijn hele mooie uitkomsten van het eerste gedeelte van het project.”
Waren er eye-openers voor jou?
“Wat mij opviel, was dat Qidos gelijk van start ging door fysiek langs te gaan bij ziekenhuizen om op de werkvloer op te halen: wat gebeurt er in het ziekenhuis? Dat maakte dat medewerkers op een laagdrempelige manier konden delen wat voor hen belangrijk is. Dat was voor mij een belangrijk inzicht: dat je het beste resultaat behaalt door aan te sluiten bij de praktijk. Het is heel goed om met de poten in de klei te gaan staan en te horen wat er in de praktijk gebeurt. Zonder contact met de doelgroep kom je niet tot effectieve interventies. Dat was een eyeopener en met een mooi resultaat: we hebben inzicht in wat belangrijk is voor mensen, om vervolgens toegevoegde waarde te leveren.”
Wat hoop je te bereiken in het tweede gedeelte van het project?
“Er zijn nu een paar ziekenhuizen die als koplopers het voortouw nemen. Mijn wens voor het tweede deel van het project is actie; dat we samen met de ziekenhuizen het goede gesprek weten te verankeren in de manier van werken en dat op die manier het goede gesprek beklijft. Dat het normaal wordt. Het is wel een kwestie van de lange adem. Je wilt branchebreed beweging creëren, dat vergt wel constant aandacht ervoor blijven vragen.”
Wat neem jij mee uit dit project en de samenwerking met Qidos?
“Mijn leermoment is dat je zonder contact met het werkveld wel mooie plannen kan bedenken, maar nooit weet of het beklijft. Je moet een project echt in gezamenlijkheid doen met de mensen voor wie je dat project wilt doen. En ik zie de kracht van vormgeving en communicatie. Alles is gemakkelijk toegankelijk en via de verschillende communicatiemiddelen, zoals een nieuwsbrief, whitepaper, inspiratiemails en het platform, blijf je die aandacht ook trekken. Dat is heel goed gelukt in dit project.”
De drie inzichten van Floris
- Betrek de zorgprofessionals
Ga in gesprek met de mensen waar je verandering voor wilt brengen, haal bij hen op wat voor hun belangrijk is op welke thema’s en wat ze nodig hebben om hierin ondersteund te worden. - Veranker het in strategie en/of kernwaarden
Het goede gesprek ontstaat door er de tijd voor te nemen, oprechte interesse te hebben en betrokkenheid bij elkaar, als collega’s maar ook als mens. Formuleer dit als strategie van je ziekenhuis. Dit bevordert, – naast het kunnen bieden van tijdige en adequate ondersteuning waarmee uitval kan worden voorkomen -, ook een betere samenwerking, meer onderling begrip en het realiseren van de gewenste zorg voor elkaar en de patiënten. - Blijf aandacht geven
Voer niet eenmalig een programma of campagne, maar blijf de noodzaak en de waarde van het goede gesprek onder de aandacht brengen, vanuit verschillende invalshoeken.
Whitepaper:
“De noodzaak van een goed gesprek”
Als onderdeel van het project ‘Het optimaliseren van de dialoog ten bate van duurzame inzetbaarheid’, ontwikkelden Qidos en StAZ de whitepaper “De noodzaak van een goed gesprek”. Met dit project wordt een impuls gegeven aan constructieve en gelijkwaardige gesprekken tussen medewerker en leidinggevende, of medewerkers onderling.
Samen met Qidos aan de slag met de duurzame inzetbaarheid binnen jouw organisatie? Martijn en Edwin komen graag met je in contact.